Vanaf 2004 woon ik, Francine Satijn, in Portugal en ben mij gaan verdiepen in het Portugese leven en de cultuur, die uiteraard op sommige punten heel anders is dan in Nederland. Al snel wist ik dat er onder andere grote verschillen waren in hoe de mensen hier omgaan met sterven en de rituelen rondom het afscheid nemen bij een begrafenis. Die rituelen zijn totaal anders en worden door ons vaak als schokkend ervaren. Hier in Portugal worden de mensen over het algemeen meteen na hun sterven opgebaard in een rouwkapel, waar ze vervolgens 24 uur blijven. Daarna worden ze óf gecremeerd, maar er worden zeker in de dorpen nog veel mensen begraven. Dus binnen 48 uur.
Ik wist al snel dat ik dat mijn kinderen niet kon aandoen. Het is een ding dat je naar het buitenland trekt, maar ík vind althans, dat je dan alles moet doen om het voor je kinderen gemakkelijker te maken als er een van de twee overlijdt en dat ze in ieder geval de kans moeten krijgen om daarbij aanwezig te zijn. Ik besloot daarop precies uit te zoeken, wat nu precies de cultuur hier is in Portugal is en hoe de wet luidt. Dat was een avontuur. Ik wilde een afspraak maken bij een begrafenisondernemer voor een gesprek, maar zo gaat dat niet. Er was nog nooit iemand vragen komen stellen. En vragen had ik genoeg, zoals: ‘Kan je opgebaard worden?’ ‘Hoeveel tijd mag er zijn tussen het sterven en de crematie/begrafenis?’ en nog veel meer.
Bij alle vragen kreeg ik als antwoord: “Maar zo doen we dat hier niet.” of “Dat is duur.” Ook toen we een bijeenkomst op een school hadden rondom dit thema, waar onder andere een begrafenisondernemer en een priester bij aanwezig waren, was dit het standaard antwoord: “Zo doen we het hier niet.” Daarnaast hoorde ik ook wel schokkende verhalen, waarin een geliefde binnen 48 uur gecremeerd werd en mensen verbijsterd in het crematorium stonden, waar geen enkele ceremonie mogelijk was.
Inmiddels wist ik dat (bijna) alles wettelijk mogelijk is, maar dat de meeste begrafenisondernemers zich niet kunnen inleven in de andere gewoontes rondom de dood. Daarbij spreken ze lang niet allemaal Engels of een andere vreemde taal. En als je hulp vraagt of krijgt van je Portugese buren, gebeurt het dat ze weliswaar goed bedoeld, alles regelen, zoals zij het gewend zijn. En dat is beslist anders dan wij gewend zijn en in die zin traumatisch.
Ik heb allerlei bronnen aangeboord en op het einde van mijn zoektocht kwam ik in aanraking met een Portugese begrafenisondernemer Ricardo, die in Nederland was opgegroeid en dus vloeiend Nederlands en Engels spreekt. Bij dit gesprek dacht ik onmiddellijk: deze man moeten we hebben. Hij weet uit eigen ervaring dat de Nederlanders andere gewoontes hebben en hij is bereid daar naar te luisteren en te doen wat er gevraagd wordt, indien dit wettelijk is toegestaan.
In 2012 heb ik een hulplijn opgericht Na Terra waarin ik aanbied om mensen bij te staan en zo de opgedane kennis te benutten. Inmiddels ben ik een aantal keren gevraagd om nabestaanden bij te staan. Dit is dankbaar werk.